Even lijkt het alsof het kleine vliegtuig een omweg heeft gemaakt naar Schotland. Zodra de deuren zich openen en een warme tropenbries je in het gezicht blaast, besef je weer dat dit Zuidoost-Azië is. Maar de rotsen en steile kliffen doen heel anders vermoeden wanneer je je ogen voor het eerst opent op Batan, het hoofdeiland van de Filipijnse provincie Batanes.
Alle vluchten vanuit Manilla arriveren in Basco, de hoofdstad van Batanes. Basco is een rustige plaats aan zee, omringd door ruige rotspartijen en de Mount Iraya die ook vanaf de omringende eilanden te zien is. De smalle straten van Basco leiden onder meer naar de opvallende Basco Lighthouse die gemakkelijk per fiets of tricycle bereikbaar is en een prachtig uitzicht biedt over de Ierland-achtige kustlijn, Mt. Iraya en het achterland. Als je de weg vanaf de vuurtoren vervolgt stuit je na tien minuten op de Rolling Hills. Deze weelderig begroeide heuvels doen hun naam eer aan en rijzen direct op uit de zee. Grazende koeien maken het decor voor foto’s nog mooier.
De hoogtepunten van Batan zijn te verkennen via de uiterst smalle slingerwegen, met bij elke bocht een bord met de tekst ‘Blow your horn’. De binnenlanden zijn eenvoudig te verkennen met de kaart die bij aankomst op het vliegveld wordt verstrekt door de tourist info. Heuvelachtige wegen leiden naar Valugan Boulder Beach. Geen fijn Filipijns zandstrand hier, maar zwarte blokken steen die door golven als zware bowlingballen zijn gepolijst. Verder naar het zuiden klim je over akkers naar de afgelegen Tayid vuurtoren. Aan de voet vind je een uitkijkpunt met links en rechts zicht op grazige weiden en golven die in de diepte op de kliffen beuken. Vanaf Tayid zie je al een glimp van Marlboro Country. Met de hellingen en het perfecte gras lijkt dit gebied op een golfbaan, maar van dichtbij kom je buffels tegen die het gras op de prachtige heuvels kort houden.
Als je wel van de tropische temperaturen op Batan geniet maar toch de witte stranden mist, is het de moeite waard om de oversteek naar Sabtang te maken. Dit buureiland heeft voornamelijk te maken met dagjestoerisme en de infrastructuur is hierop ingesteld, hoewel het toerisme zeer kleinschalig is. In de haven staan tricycle-chauffeurs klaar om je in een dag het eiland rond te rijden. Sabtang kent vele uitkijkpunten, met zicht op dramatische kustlijnen, diepblauw water en verlaten stranden. Een van de fraaie stranden is Morong Beach, waar je onder een natuurlijke rotsboog kunt lopen. Het mooiste strand van de provincie draagt geen naam en ligt verborgen tussen de dorpen Savidug en Chavanay. Tijdens de tricycletours stop je hier voor lunch, waarna je kunt uitbuiken in het glasheldere water.
Verderop, waar de weg ophoudt, ligt Chavanay. Dit knusse dorp heeft een kleurrijk theater en enkele bewoners dragen nog altijd traditionele hoofddeksels. Auto’s zijn hier niet te vinden en niemand heeft haast.
Het grootste eiland van de provincie bestaat volledig uit rotsen en heeft geen stranden. De verlatenheid van dit eiland is de grootste charme. Door de onrustige zee en afgelegen locatie weet het grootste deel van de toeristen Itbayat niet te bereiken. Jammer, want de natuur is puur en dit eiland is daarnaast het centrum van de bekende handwerken van Batanes.
Echte hostels zul je in Batanes nog niet tegenkomen. Wel zijn er veel leuke homestays te vinden, met name in Basco. De prijzen liggen hier helaas wel hoger dan elders in de Filipijnen. Op Booking.com vind je het grootste aanbod en kun je gemakkelijk een kamer of bed reserveren.
Vanaf Basco gaan dagelijkse vluchten van en naar de Filipijnse hoofdstad Manilla. Dit is de enige - logische - manier om Batanes te bereiken.
Vervolg je backpack reis naar een van onderstaande locaties.